Kindertransport Westerbork

 

Kindergezichtjes vol van smart,

grote ogen geheel verward,

hand in hand, zij aan zij,

in een eindeloze rij.

 

Begeleid door hoge Duitse heren

met in aanslag hun geweren.

Een meisje valt, staat niet snel op,

een duw, een klap en nog een schop.

 

Al struikelend gaat zij weer staan,

helaas niet snel genoeg gedaan.

Hoe kan het ook, zij is pas vier

en slechts enkele weken hier.

 

Begrijpt maar niet wat er gebeurt,

waarom zij word meegesleurd.

Haar broertje ziet het, pakt haar hand,

duwt haar zachtjes naar de kant.

 

Geweren worden snel gericht

slaan het ventje in 't gezicht.

Verbijsterd terug weer in de rij,

zij sjokken verder, zij aan zij.

 

De veewagons staan klaar, de deuren open,

weer wordt geschreeuwd, snel, sneller lopen.

Het mesje kijkt nog even om en ziet mij roerloos staan,

over haar besmeurd wangetje biggelt langzaam een traan.

 

Dan komen zij bij de wagons en wie niet klimmen kan, wordt erin gesmeten.

Hartverscheurend, het gehuil, de bange schrille kreten.

Mamma... waarom kom je niet, waarom ga jij niet mee ?

Pappa... kom toch ook, jullie alletwee ?

 

Vertwijfeld druk ik m'n handen tegen m'n oren,

dit immens verdriet, ik wil het niet meer horen.

Huilen kan ik niet meer, dit leed is te groot,

aan het einde van de reis wacht hen de dood

 

Terug naar overzicht