Lesbrief 4: De familie Toncman.

 

De gemeente Pekela ligt in Oost-Groningen, een streek waar vanaf ongeveer het jaar 1600 turf werd gewonnen. Omdat hier van oorsprong weinig mensen woonden, kwamen vanuit heel Nederland, en zelfs vanuit Duitsland, arbeiders naar dit gebied om de turf af te graven. *

 

Bij die eerste turfgravers waren nog geen Joden; de eerste mensen met een joods geloof komen zich rond 1700 vestigen langs de oevers van de Pekel-Aa.

 

Na hen komen er steeds meer joodse families bij. Omstreeks 1800 zijn het er ongeveer 210. Waar zich ook Joden vestigen, ze houden hun eigen godsdienst met hun eigen gebruiken en hun eigen feestdagen. Dus ook in Nieuwe en Oude Pekela.

 

Zo heeft een joodse groep mensen geen pastoor of dominee, nee, zij heeft als voorganger een rabbijn, ook wel rabbi genoemd.

 

In de Joodse gemeente Pekela werd in 1936 ene Abraham Toncman, geboren in het Brabantse Oss, benoemd tot rabbijn. Hij zou dat blijven tot zijn dood in 1943. Omdat er daarna bijna geen Joden meer in de Pekela’s woonden, was hij de laatste rabbijn in onze gemeente.

 

 

Abraham Toncman. (16 januari 1905 – 30 april 1943)

Van alle Joden in Nieuwe en Oude Pekela is Toncman het meest bekend geworden. Niet alleen was hij ‘hoofd’ van de joodse gemeente, hij was ook hun secretaris. Een van de taken van de secretaris is het maken van verslagen (notulen) van de vergaderingen van het bestuur. **

Omdat deze notulen later zijn teruggevonden weten we vrij veel over het leven en lijden van de Joden gedurende de eerste twee jaren van de Tweede Wereldoorlog. 

Even iets over het leven van Abraham Toncman. Op 7 april 1937 trouwde  hij met Esther van Spiegel en zij woonden vanaf oktober 1937 in de toen juist gereedgekomen woning aan de Hendrik Westerstraat 247 (destijds de Albionkade) in Oude Pekela. Dit huis staat schuin vóór de in 1884 nieuwgebouwde synagoge (joodse kerk) en ongeveer recht tegenover de katholieke kerk. ***

                                          

          De voorkant van de synagoge.                                          De achterkant van de synagoge.

 

De bekendmaking van de inwijding van de nieuwe synagoge in 1884.

Abraham en Esther waren erg gelukkig met de geboorte van hun eerste kindje Josepha in augustus 1940. Een jaar later werd hun tweede dochtertje Espérance geboren en weer een jaar later hun derde kindje, Mien.

Naast de blijdschap over de komst van hun drie dochtertjes, waren ze ook erg bezorgd over hun toekomst in het door Duitsland bezette Nederland. Dit werd in 1942 alleen maar erger toen er in Oude Pekela drie razzia’s plaatsvonden, die de Joden van huis en haard verdreef. Allen die niet waren ‘ondergedoken’ werden vervoerd naar een verzamelkamp in Westerbork (Drenthe). ****

In de nacht van 11 op 12 november 1942 werd in Oude Pekela een derde, en de grootste, razzia gehouden. Bijna alle joodse inwoners werden op 12 november naar Kamp Westerbork getransporteerd. De meesten van hen werden spoedig na aankomst in dit Drentse Kamp op transport gesteld naar de concentratie- en vernietigingskampen Auschwitz en Sobibor.

Eind 1942 woonden er nog 14 Joden in de Pekela’s. Rabbijn Toncman voelde wat de Joden in de kampen te wachten stond. Op 31 december 1942 noteert hij dan ook in het notulenboek van het ‘Joodse  Kerkgenootschap Pekela’ als hij het kerkjaar 1942 afsluit:

"...En nu zijn wij, weinigen van velen, overgebleven, wij worden als vee weggeleid om gedood te worden en verloren te gaan, tot ellende en tot schande. Moge er redding en uitkomst voor de Joden komen. Spoedig, in onze dagen. Amen...."

Een aantal anderen, waaronder Abraham Toncman en familie, werd eveneens opgepakt, doch kon vanuit Groningen weer naar hun huis terugkeren. Zo bleven tenslotte nog 14 leden van de Joodse gemeente over, die aan het begin van het jaar nog 141 leden kende. Enige tijd later werden echter ook de laatste Joden, waaronder Toncman (37 jaar), zijn echtgenote (36 jaar), en hun drie dochtertjes, 1, 2 en 3 jaar oud, weggevoerd en op 9 februari 1943 op transport gesteld naar Polen.

  

 In veewagons werden de Joden vanuit Westerbork vervoerd naar de concentratiekampen in Duitsland en Polen.

Toncman stierf op 30 april 1943 in het concentratiekamp Auschwitz in Polen. Zijn echtgenote Esther en hun kinderen waren al op 12 februari van dat jaar, direct na aankomst in hetzelfde kamp, vermoord.

In Oude Pekela is in 1981 een straat naar hem genoemd: de Abraham Toncmanstraat.

 

Vragen, opdrachten en websites bij ‘Lesbrief 4’.

1.                    Vragen.

Vraag 1.         Wat is een razzia.

Vraag 2.         Wat bedoelt men met ‘onderduiken’ in de Tweede Wereldoorlog.

Vraag 3.         Waarom nam niet iedereen joden in huis om ze te verbergen voor de Duitsers.

Vraag 4.         Wat betekent de naam ‘Esperance’.

Vraag 5.         Waarom zullen Abraham en Esther Toncman hun tweede dochtertje

 

2.                    Opdrachten.

Opdracht 1:   Zoek de plaatsen Oss en Westerbork op in je atlas.

Opdracht 2:   Beschrijf waar de synagoge stond in Oude Pekela.

Opdracht 3:   Beschrijf waar in Oude Pekela de ‘Abraham Toncmanstraat’ is.

Opdracht 4:   Zoek op welke dag van de week er vanuit Westerbork een trein vertrok naar de concentratiekampen in Duitsland en Polen.

Opdracht 5:   Zoek op waar die trein de Nederlands-Duitse grens over ging.

 

3.                    Websites.

*                 Vervening

**                Abraham Toncman

***               Synagoge in Oude Pekela

****                 Kamp Westerbork